Hersenstamveranderingen bij acute en chronische tinnitus
Detruyer Elien, 2022
Tinnitus, ook wel gekend als oorsuizen, is het horen van geluiden die niet afkomstig zijn van een externe geluidsbron. Als mogelijke onderliggende oorzaak wordt cochleaire synaptopathie beschreven in de literatuur. Dit is het verlies van contact en overdracht van informatie tussen de haarcellen in het slakkenhuis van het gehoororgaan, de cochlea, en de auditieve zenuwvezels in de auditieve baan naar de hersenen. Deze vorm van gehoorverlies is niet detecteerbaar door de conventionele gehoortest. De hypothese wordt gesteld dat het verlies van deze haarcellen of auditieve contacten gepaard gaat met een toename van zenuwcellen die reageren op prikkels en afname van zenuwcellen die prikkels van andere cellen afremmen in de hersenstam. Bijgevolg zou er een overprikkeling zijn in de hersenstam, wat kan resulteren in het horen van een fantoomgeluid. Niet-invasieve elektrofysiologische onderzoeken, waarbij de elektrische signalen van het zenuwstelsel worden opgemeten, kunnen worden gebruikt om bovenstaande synaptische verliezen bij mensen vast te stellen. Een eerste onderzoek is de auditory brainstem response (ABR), waarbij elektrische activiteit van zenuwcellen tussen de gehoorzenuw en de hersenstam wordt geregistreerd. Het resultaat van deze meting is een grafiek met golven bestaande uit vijf pieken met negatieve dalen tussen, waarbij de hoogte of amplitude van de eerste en vijfde golf het belangrijkste zijn voor het opmeten van cochleaire synaptopathie. Een tweede onderzoek is de envelope following response (EFR). Dit zijn hersenpotentialen die worden opgewekt door groepen van zenuwcellen die simultaan reageren op een geluidsprikkel. De EFR wordt voornamelijk gegenereerd door bronnen van de hersenstam of middenhersenen en vertoont een piek met amplitude als resultaat, die geïnterpreteerd kan worden voor het vaststellen van cochleaire synaptopathie bij personen met tinnitus. Eerdere onderzoeken tonen aan dat normaalhorende personen met tinnitus verschillen tonen in resultaten van deze onderzoeken, waarbij er een significante vermindering is van de amplitude van de eerste golf van de ABR en van de EFR-amplitude. In de literatuur werden deze onderzoeken vooral afgenomen bij een volledige groep van personen met tinnitus, waarbij er verder geen onderscheid werd gemaakt in hoe lang de tinnitus aanwezig was. Het doel van deze studie was om groepsverschillen na te gaan in bovenstaande parameters tussen normaalhorende personen zonder tinnitus, met acute tinnitus (≤ drie maanden aanwezig) en chronische tinnitus (≥ één jaar aanwezig), en het aantonen van de mogelijke mechanismen die aan de basis liggen van tinnitus. Er werden drie groepen van testpersonen voorzien waaronder tien jonge (18-35 jaar) normaalhorende personen zonder tinnitus, vier personen met acute tinnitus en zes personen met chronische tinnitus. Verschillende onderzoeken werd afgenomen om meer informatie te verkrijgen over de status van de uitwendige gehoorgang en het middenoor, het gehoor, het spraakverstaan en de uitwendige haarcellen van de cochlea. De ABR en EFR werden opgemeten, waarbij de amplitude van de eerste en vijfde golf van de ABR en de EFR-amplitude werden vergeleken tussen de drie verschillende groepen. Op basis van de resultaten in dit onderzoek kon niet aangetoond worden dat cochleaire synaptopathie mogelijks aan de basis zou liggen bij jonge normaalhorende personen met acute of chronische tinnitus. Daarnaast tonen de resultaten geen significante toename van overprikkeling in de hersenstam bij personen met tinnitus. Mogelijke verklaringen zijn enerzijds dat de testgroepen een klein aantal personen omvatten en anderzijds dat enkel normaalhorende personen deelnamen aan het onderzoek. In toekomstig onderzoek naar cochleaire synaptopathie als mogelijke oorzaak van tinnitus zijn groepen met een groter aantal testpersonen noodzakelijk en daarbij ook de inclusie van personen met gehoorverlies.
Promotor | Sarah Verhulst |
Opleiding | Logopedische en Audiologische Wetenschappen |
Domein | Audiologie |
Kernwoorden | cochleaire synaptopathie tinnitus acute tinnitus chronische tinnitus |