Characteristics of intrinsic foot musculature in individuals with asymptomatic flexible flat foot and the effect of exercise therapy.

Dejonghe Raf, Van Den Bossche Yani, Van Den Driessche Miquel, 2022
Populariserende samenvatting van het onderzoek Inleiding Wij hebben onderzoek verricht naar de kleine spieren onderaan in de voet. Deze kleine voetspieren zorgen er onder andere voor dat de stabiliteit van de voet bewaard blijft tijdens alledaagse activiteiten, zoals wandelen, lopen en springen. Ze hebben een belangrijke invloed op de stand van de voeten en zo dus ook op de stabiliteit van een persoon. Het eerste doel van ons onderzoek was om de verschillende karakteristieken van deze spieren in kaart te brengen bij personen met een neutrale voetstand en personen met platvoeten. De karakteristieken dat we onderzochten zijn de kracht van de voetspieren, het dynamisch evenwicht en de dikte en dwarsdoorsnede van deze voetspieren. Het tweede doel van ons onderzoek was om het effect van twee spierversterkende oefeningen voor de kleine voetspieren na te gaan bij personen met platvoeten. Met dit onderzoek hopen we aan te tonen dat deze twee oefeningen een positief effect hebben op bovengenoemde karakteristieken, en aldus geïntegreerd zouden kunnen worden in revalidatieprogramma’s en/of letselpreventieprogramma’s. Methode Om te beginnen evalueerden we de stand van de voeten bij alle deelnemers aan de hand van twee testen. Op basis van deze resultaten konden we de deelnemers onderverdelen in twee groepen: een platvoetgroep en een controlegroep (neutrale voet). Hierna voerden de deelnemers nog enkele testen uit: een krachttest voor de kleine voetspieren, een test voor het dynamisch evenwicht, en een dikte en dwarsdoorsnede meting van de kleine voetspieren aan de hand van echografie. Voor het eerste doel van ons onderzoek werden de resultaten van de platvoetgroep (aan het begin van de studie) vergeleken met deze van de controlegroep. Voor het tweede doel van ons onderzoek werd de platvoetgroep verdeeld in twee interventiegroepen. De ene groep voerde zes weken aan een stuk, eenmaal per dag, twee spierversterkende oefeningen voor de kleine voetspieren uit. De andere groep voerde geen oefeningen uit gedurende deze periode. Na deze periode van zes weken keerden beide platvoet groepen terug om de testen die initieel uitgevoerd werden, te herhalen. De resultaten van deze tweede testing werden dan tussen beide platvoet groepen vergeleken (interventie versus geen interventie), en er werd voor deze platvoet groepen ook een vergelijking gemaakt tussen de resultaten van de eerste testing en de resultaten van de tweede testing (voor en na interventie). Resultaten Bij vergelijking van de resultaten tussen de platvoetgroep en controlegroep kunnen we het volgende afleiden. Uit de krachttest blijkt dat de teenbuigers van de controlegroep significant sterker zijn dan die van de platvoetgroep. We zien ook dat de M. Quadratus plantae (kleine voetspier) siqnificant dikker is bij de controlegroep in vergelijking met de platvoetgroep. Bij vergelijking van de resultaten tussen de platvoet groepen voor en na interventie kunnen we het volgende afleiden. Uit de krachttest blijkt dat de teenbuigers significant versterkt zijn na de interventie bij de platvoetgroep die de spierversterkende oefeningen uitvoerde. Verder is er nog een significant verschil te zien voor de dikte van M. Flexor hallucis brevis (kleine voetspier) tussen de resultaten van de testen voor en na interventie bij de platvoetgroep die geen spierversterkende oefeningen uitvoerde. Maatschappelijke meerwaarde/impact van het onderzoek Er zijn niet veel noemenswaardige significante resultaten uit het onderzoek gekomen, uitgezonderd de significante krachttoename van de teenbuigers van de platvoetgroep die de interventie onderging. Aangezien deze kleine voetspieren instaan voor de stabiliteit van de voet kan het nuttig zijn om in te zetten op oefeningen om deze spieren te versterken. Daarom kan deze interventie geïntegreerd worden in blessurepreventie programma's bij zowel patiënten met platvoeten als patiënten met neutrale voeten. Dit zal dan ook resulteren in een daling van de gezondheidskosten, wat dan ook een positieve impact zal hebben op de maatschappij. Echter, het argument dat deze interventie een positieve invloed heeft is zwak. De reden hiervoor is dat er in de literatuur nog onduidelijkheid (en dus weinig betrouwbaarheid) heerst over de manier waarop de kracht van de kleine voetspieren getest kan worden. Verder zagen we ook een (niet-significante) verbetering in de krachttoename van de teenbuigers en een significante stijging in de dikte van een voetspiertje in de platvoetgroep die geen interventie onderging. We kunnen dus concluderen dat er meer onderzoek nodig is, maar dat wij met deze pilootstudie een eerste aanzet hebben gegeven voor verder onderzoek.

Promotor Roel De Ridder
Opleiding Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie
Domein Revalidatie en kinesitherapie bij musculoskeletale aandoeningen
Kernwoorden platvoet intrinsieke voetspieren foot core training short foot exercise naviculaire drop